50 shades of blue

Ééns in de zoveel weken is het in mijn keuken net alsof er opnames van Breaking Bad worden gedraaid. Weegschaal, PH-meter, ongebluste kalk, fructoseoplossing. Mijn oude scheikundeleraar zal er nog verbaast van staan dat ik toch nog wat heb opgestoken tijdens de les. Want het is erg natuurlijk, Indigo verven, maar het proces en de geur doen anders vermoeden.

Om te beginnen zijn er strakke regels wat betreft zuurstof in je ‘vat’ (zo noem je een Indigo verfbad). Zuurstof en Indigo is geen fijne combinatie, de indigo lost namelijk niet op als er zuurstof in de vloeistof zit. Na flink goochelen met jampotten met knikkers en tot 55 graden verhit water wil het nog wel lukken, maar wee je gebeente als je te veel met de wol in je vat plonst of hem te ver laat afkoelen. Dan is het vrijwel meteen uit met de pret. 

De PH-waarde van het verfbad is ook cruciaal. Het bad moet behoorlijk basisch zijn, tussen een PH van 9 en 10 voor wol en 11 voor katoen. Ik heb een keer gedacht dat 8,8 ook nog wel moest lukken, maar mooi niet! De stof kwam er een beetje viezig geel uit inplaats van diep blauw. De zuurgraad wordt beïnvloed door fructose (zuurder) en ongebluste kalk (basischer) een snufje van dit en een scheutje van dat maken het vat klaar om te verven.

Want… ook zoiets. Het vat put uit tijdens het verven. De eerste streng wol komt het nog prachtig diep indigo blauw uit, maar hoe meer je in je enthousiasme in de verf legt, hoe lichter de kleur wordt. Tot je uiteindelijk weer met dat viezige drabgeel eindigt. Een gezond verfbad ziet er uit als groenig, gewolkt vocht met een laagje geschifte indigo aan het oppervlak. Een uitgeput bad is helder. 

Het goede nieuws is gelukkig wel dat je, door de PH-waarde weer op pijl te brengen, bijna eindeloos met hetzelfde vat indigo kan verven. Ik bewaar mijn verf  in plastic petflessen en wek steeds hetzelfde verfbad weer tot leven. Tot de oplossing te veel vervuild raakt door sediment en viezigheid. Dan kun je het mengsel gewoon door de goot spoelen of als mest in de tuin gebruiken. 

Ik hoor je na al dit gedoe bijna denken; kan dat niet makkelijker??! Oh ja, dat kan. Er is genoeg keus uit synthetische verf. Toch kies ik daar bewust niet voor om de simpele reden dat het indigovat net de toverketel van Eukalypta is.  Het is bijna magisch om te zien hoe de wol uit het verfbad komt en onder je handen blauw kleurt tijdens het spoelen. Doordat er zuurstof bij de indigo komt oxideert het en pas dan krijg je die schitterende blauwe kleur. Hoe vaker je de stof verft en spoelt, hoe donkerder de Indigo. Tot het bad weer is uitgeput. 

Hierdoor heb je nooit dezelfde kleur blauw, iedere verfbeurt geeft net een andere kleur en ik heb altijd ’50 shades of blue’ aan de lijn hangen als ik klaar ben. Van hemelsblauw tot donkere spijkerbroekenkleur. Dat maakt het ook waard om al deze moeite aan de hand te halen. Indigo is een levende kleur. Altijd anders en toch herken je hem direct. Naar mijn idee de mooiste kleur die er bestaat.

Legal imprint